Populier onder druk: nieuwe regels en kansen voor Limburgse landschappen
Populieren bepaalden eeuwenlang het beeld binnen de Limburgse valleien, vooral in Haspengouw met zijn vruchtbare leemgronden.
Zijn de gloriedagen van de ooit immens populaire populier definitief voorbij?
Nieuwe wetgeving stelt het klassieke, plantageachtige populierbeheer in vraag: kaalkappen worden beperkt in oppervlakte en tijd, en een inheemse onderetage is meestal verplicht. Boseigenaars kiezen ook vaker voor ander inheems loofbos door de focus die hier van overheidswege op gelegd wordt.
Door deze evoluties wordt traditioneel populierenbeheer met de focus op houtproductie minder rendabel. Boseigenaars zoeken daarom naar alternatieven. Op natte valleigronden blijken zwarte els en wilg prima keuzes die perfect binnen de Europese natuurdoelen passen. Op drogere gronden kan populier nog steeds een rol spelen, vooral in combinatie met andere soorten. Door ook in populier selectief te dunnen verschuift de nadruk van kwantiteit naar kwaliteit.
Populieren blijven kampioenen in bodemverbetering, waterzuivering en biodiversiteit
Wist je bijvoorbeeld dat de beschermde vermiljoenkever zijn comeback wist te maken dankzij oude, aftakelende populieren?
Door bomen slim en op de juiste plekken in te zetten kunnen boseigenaars inspelen op zowel ecologische als economische doelstellingen.
We mogen de snelgroeiende populier dus zeker blijven beschouwen als een belangrijke speler binnen bosuitbreiding in Vlaanderen. Het iconische beeld van de populier in het Haspengouwse landschap mag dan veranderen, maar deze landschapsreus verdient zeker een plek binnen toekomstgericht bosbeheer – de maretak mag gerust zijn.