Plaatsen
- Aabeek
- Grote Renne
- Itterbeek
- Limburg
- Noord-Oost limburg
Bart Denayer
Provinciale Visserijcommissie Limburg
Universiteitslaan 1
B-3500 Hasselt
Werkdocument PVC Limburg. V.R.03.02
In het vooruitzicht van beekinrichtingswerken op de Aabeek door de afdeling Water van AMINAL en het verbeteren van de vismigratie in het kader van het landinrichtingsproject Noordoost-Limburg, achtte de Provinciale Visserijcommissie Limburg het nodig om de actuele visfauna na te gaan. Dit onderzoek gebeurde in samenwerking met de afdeling Bos en Groen en de Vissenwerkgroep van LIKONA. In totaal werden 23 vissoorten genoteerd: Blankvoorn, Baars, Kolblei, Zeelt, Rietvoorn, Paling, Beekforel, Kopvoorn, Serpeling, Riviergrondel, Driedoornige stekelbaars, Tiendoornige stekelbaas, Giebel, Regenboogforel, Blauwbandgrondel, Zonnebaars, Amerikaanse hondsvis, Amerikaanse dwergmeerval, Snoek, Beekprik, Bermpje, Vetje en Grote modderkruiper. Bermpje en Riviergrondel kennen de grootste abundantie in de Aabeek. In de bovenloop wordt de visstand gedomineerd door niet-inheemse soorten. In de middenloop wordt de Beekprik op verschillende locaties waargenomen. De Aabeek is in Limburg de enige beek die nog een natuurlijke relictpopulatie Serpeling herbergt. Op de Grote Renne, een kleine gracht die de Aabeek met de Itterbeek verbindt, werd een 22 cm lange Grote modderkruiper boven water gehaald. Het was van in de jaren 1980 geleden dat deze zéér zeldzame vissoort nog gevangen werd in Limburg (Thierry Gaethofs).